Nieuws

‘Bied hbo’ers verschillende onderwijsniveaus’

Steeds minder hbo-studenten halen hun diploma, maar waarom? Roel van Asselt analyseerde de problemen en gooit de knuppel in het hoenderhok. Eén van zijn ideeën: aan sommige studenten zou het hbo minder hoge eisen moeten stellen, aan andere juist hogere.

Er moet iets gebeuren, nu hbo-studenten steeds slechter presteren. De cijfers zijn hard: er gaan meer jongeren studeren, terwijl er minder in redelijke tijd afstuderen. Van de 90 duizend eerstejaars uit 2003 behaalden er 53 duizend binnen vijf jaar een hbo-diploma. Van de 96 duizend eerstejaars uit 2007 waren er na vijf jaar slechts 52 duizend afgestudeerd. De hele groei lijkt wel voor niks te zijn.

Op verzoek van de Vereniging Hogescholen keek voormalig Saxion-lector en doorstroomdeskundige Roel van Asselt naar de oorzaken en schetst hij in een rapport welke kant het op zou moeten.

U noemt de grote toestroom van studenten als één van de oorzaken.
'Het is nu normaler dan vroeger om te gaan studeren. Er komen nu ook studenten die vroeger niet naar het hoger onderwijs zouden zijn gegaan. Is het wel zo vanzelfsprekend dat alle havisten en mbo’ers geschikt zijn voor hbo-opleidingen? Misschien wordt er te makkelijk voor hogere opleidingen gekozen. Om deze mensen toch hoger te scholen, zou je kunnen denken aan verschillende uitstroomprofielen. Dan hoeven ze niet allemaal aan hetzelfde hoge hbo-niveau te voldoen, maar heb je ook één of twee niveaus daaronder. Verder kun je de meer getalenteerden in het hbo juist aan een hoger opleidingsniveau helpen.'

Wilt u hbo-studenten dan in hun eerste jaar voorsorteren op niveau, in een soort havo/mbo-brugklas?
'Zo zou je dat kunnen doen. Na een half jaar of een jaar kan het wel duidelijk zijn wie op het hoogste niveau thuishoort en wie niet. Nu probeert het hbo alle studenten  binnen één jaar op één niveau hebben, ongeacht of het havisten, mbo’ers of vwo’ers zijn. Dat proces eist te veel slachtoffers en leidt tot onnodig verlies van talent.' 

U wilt ook dat hogescholen de hand in eigen boezem steken.
'Na de eerste maand zijn de kaarten geschud, helaas. Als studenten dan al een achterstand oplopen, is die bijna niet meer in te halen. Dus moeten hogescholen studenten direct feedback geven en hen bij de kladden grijpen. De kwaliteit van de onderwijsorganisatie is – zeker in het begin – cruciaal voor de vasthoudendheid van studenten. Als ze pas een uur van tevoren weten in welk lokaal ze moeten zijn of wie het vak geeft, heeft dat rechtstreeks invloed op het studiesucces. Dat kan iedereen wel bedenken, maar het is ook wetenschappelijk aangetoond. In de jaren na 2003 waren er fusies, verhuizingen, docenten die mopperden… het was allemaal niet goed voor het studieklimaat.'

U wilt bovendien strengere eisen aan de nieuwe studenten stellen.
'Soms is de voorkennis van mbo- en havo-leerlingen zover gedaald, dat reparatie in de propedeuse niet meer mogelijk is. Je kunt niet alles bijspijkeren. Neem instromers uit het mbo die sinds het vmbo geen wiskunde meer hebben gehad. Er zijn ook havisten die aan een technische hbo-studie beginnen en geen natuurkunde of wiskunde B in hun examenprogramma hadden. Ik ben niet voor selectie, maar hogescholen mogen wel een dringender advies geven aan komende studenten.'

Hebben hogescholen geld genoeg voor een grondige intake?
'Dat verdienen ze weer terug als het studiesucces stijgt. Het hangt allemaal samen.'

De hogescholen wijzen soms naar de hoge uitval van mbo’ers in het eerste studiejaar. Daar zou ook iets aan moeten gebeuren, vinden ze.
'Maar dat is eigenlijk niet terecht. Mbo’ers doen het over het algemeen beter dan havisten. Aan hen mag je best eisen stellen, maar het is nergens voor nodig om hun in sommige studierichtingen het doorstroomrecht te ontnemen. Wel zou je misschien aparte leerwegen voor mbo’ers kunnen ontwikkelen, zodat ze minder snel uitvallen in het eerste jaar. Net zoals je vwo’ers een interessanter studieprogramma zou kunnen bieden.'

Het zijn nogal veel oplossingen bij elkaar.
'Maar het is ook geen simpel probleem. Er is geen panacee voor het studiesucces van studenten. Je moet op alle fronten verbeteringen aanbrengen, anders kom je nergens.'